Vanaf 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. Deze wet vervangt de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (WSW) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong). Werkgevers en de overheid moeten ervoor zorgen dat er vóór 2026 stapsgewijs 125.000 banen extra bijkomen voor mensen met een arbeidsbeperking en zorgen voor een optimaal arbobeleid.
Op 13 juli 2016 bracht staatssecretaris Jette Klijnsma verslag uit over de cijfers tot dit jaar. Op dit moment lopen werkgevers en overheid vóór op de banenafspraken. Dat betekent dat er nu nog geen boetes uitgedeeld hoeven te worden, maar inspanning blijft nodig om het uiteindelijke doel te bereiken. Daarom vertellen we je graag meer over deze Participatiewet.
Wat houdt de Participatiewet in?
Meedoen in een baan betekent veel voor mensen: financiële zelfstandigheid, sociale contacten, een duidelijke dagstructuur, meer welbevinden. Dit geldt ook voor mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt, de zogenaamde arbeidsbeperkten. De Participatiewet is er om zoveel mogelijk mensen met een beperking werk te laten vinden bij een gewone werkgever, waardoor het voor iedereen gewoon wordt om samen te werken met collega’s die soms wat extra hulp nodig hebben.